Voor de kerstdagen had Stanza een jinglebells-pastiche in gedachten, met werktitel “Steel van de Roma”, in een poging om de kerstboodschap van burgemeester Termont, die er op neerkwam dat de stal vol was, te verenigen met de bekende Scrooge-parodie door Rowan Atkinson “Blackadder’s Christmas Carol”. De kerstdagen stonden echter bol van kerstsfeer, zoals alleen kerstdagen bol kunnen staan, en dan moest nieuwjaar nog komen. Maar na 1 en 2 januari, wanneer alle mogelijke familieleden zijn bezocht en de kerststronk uit de oren twijgt, begint het artistieke bloed weer te kolken. Of toch niet?
Dat was buiten 6 januari gerekend, waar tradities laatst lachen. Met een dagje uitstel zijn we Driekoningen gaan zingen bij bevriende gezinnen, van Sleidinge tot Merelbeke. Op het repertoire stonden “Driekoningen” als inleiding, “Nu zijt wellekome” voor de oudere en vromere aangebelden, “A la Berline postiljon” omdat daar het minst opvalt dat we de tekst niet kennen en ten slotte een modern kerstlied “Jozef je moet vluchten”. Dat laatste komt, via schoolse opdrachten, uit een cd van Gerard Amstel uit 1997. Het is meer uptempo dan de traditionele kerstliedjes en daardoor erg geschikt om in deze dansbare tijden van deur tot deur te brengen.
Driekoningen zingen is een stilaan verloren gegaan gebruik. Af en toe verschijnt nog wel eens wat inhalig grut zonder muzikale intenties aan de deur, terwijl men moet wérken voor zijn geld, zoals we onlangs nog bevestigd zagen in het moderne kerstverhaal van the homeless man with the golden voice. Een echte voortzetting van de traditie, compleet met ingeoefende kerst- en koningliedjes, heb ik niet vaak meer kunnen waarnemen, of toch niet in het Gentse.
Des te warmer was dus het onthaal dat ons te beurt viel toen we met gitaar en percussie, warme jassen en moderne fleece, en met artistieke hoedjes in plaats van kartonnen kronen, de deuren plat liepen van familie en vrienden. Nu waren wij zeer wellekome en de mensen gaven milde centen, die uiteraard in de zakken verdwenen van mijn minderjarige metgezellen. Sommige giften overstegen de prijs van een Stanza-EP. En hoewel geld niet alles meet, liep de vrijgevigheid synchroon met de warmte der harten. Iets begon mij te dagen. Ik dacht terug aan het oudejaarsfeest, waar wij animatoren een zeer ongelukkig voorval hadden omgebogen naar een opwekkend lied, op de toepasselijke tonen van een Boney M-nummer. Alle elementen vielen die avond mooi in elkaar en het onfortuinlijke onderwerp van de tegenslag had achteraf zeer veel troost gevonden in deze nochtans niet van artistieke hubris stijf staande compositie.
Muziek is transcendentie. Op één of andere magische wijze brengt de uitvoerder of componist een verbinding tot stand met de toehoorder. Er ontstaat een denkbeeldig slijmvlies dat over ons heen zweeft en waarin de ene het ene herkent en de andere het andere. Er zijn zeer duidelijke elementen die verbinden, maar er zijn ook vage elementen, die hoogst persoonlijk worden geïnterpreteerd. Er is de verbinding met elkaar in het nu, maar ook de individuele verbinding met het verleden. Daar is zelfs niet altijd herkenbaarheid voor nodig: ook het onbekende kan door de uitvoerder kenbaar worden gemaakt aan de toehoorder, waardoor die wordt opgetild naar hogere sferen. Dan spreek je over ervaringen van grote kunst, zoals in mijn geval de jongste weken herhaalde beluistering van Captain Beefheart heeft opgeleverd.
In 2011 werken we verder, aan liedjes als “Benazir”, op een zelf verzonnen modus, of “Hoofddoek”, op een Turks motief, of “Artevelde”, dat geboren is uit een imitatie van Beefheart’s poëtische stijl. Het zijn alle min of meer originele teksten en melodieën en het blijft afwachten of die ooit de verbinding met de toehoorder zullen maken. De ervaringen met Kerst en Koning hebben me geleerd dat de traditie dieper in de ziel van de mensen zit dan je zou vermoeden. Originaliteit zit niet altijd in het ego. Je kan je schor schreeuwen om aandacht, om dan vast te stellen dat pure aandacht voor een ander, of voor de traditie, iets los maakt dat veel hoger staat dan louter erkenning. Om dat aftandse woordgrapje te herwaarderen: herkenning.