Af en toe heb je van die enorm goed geschreven liedjes, die de hitparade halen en wekenlang de radio teisteren, maar waarvan je jaren later niet eens de auteur herinnert. In dit artikel pluis ik uit hoe het komt dat een dergelijk liedje zo goed is – objectief! – en wat er van de auteur geworden is.
2001 – All about chemistry
Dit lied heeft een zeer klassieke popstructuur met één groot geheim: het akkoordenschema blijft heel de tijd hetzelfde! Het is een 5-4-1 in A, met andere woorden het schema is E-D-A-A doorheen het hele lied, met uitzondering van de brug.
Nochtans is er wel degelijk een dubbele intro, een strofe die opwaarts varieert en een refrein. Het is geen sinecure om zo’n variatie te krijgen met één triviaal schema.
- Intro (x2)
- Riff
- Strofe 1
- Strofe 2
- Refrein
- Riff
- Strofe 3
- Strofe 4
- Refrein
- Brug (moduleert terug naar de 4)
- Riff (x2)
- Strofe 5
- Refrein (x2)
- Riff + refrein (x2)
Behalve de meteen binnendenderende intro en de leuke riff, heeft het lied nog wel een paar opwekkende elementen. Het refrein bevat een meezingbare o-o-o net voor de riff terug begint. De laatste strofe gaat meteen naar het refrein. Opvallend is ook dat er geen solo voorkomt in dit lied. Die rol wordt enigszins overgenomen door de verdubbeling van de riff na de brug.
Tekstueel is het lied een zeer jongensachtige metafoor van chemie voor de vroege liefde. Na de “experimenten” met al dan niet oudere dames komt de ervaring, die de zanger wat graag zal doorgeven aan jongere dames. Het balanceert op de rand van de platitude .”A bad tendency to get hurt” toont nog enig berouw van een al te snelle wip, maar “a bad tendency to explode” is behalve literair armoedig wel zeer studentikoos.
Dan Wilson was al 40 toen hij doorbrak met dit lied. Je moet het toch maar doen om als midlifer weg te komen met een puberaal thema. Het is goed gezongen, goed getoondicht en werkelijk uitstekend gearrangeerd, aangezien het mij voor deze analyse nooit was opgevallen dat het akkoordenschema in dit nummer nooit verandert.
Op dezelfde plaat als Chemistry staat “One true love”, dat hij schreef met Carole King, als ik niet te lang nadenk de beste vrouwelijke liedsmid na Joni Mitchell. Ik word er niet warm of koud van – misschien heeft la Klein wel veel geld gekregen voor deze opdracht.
Semisonic heeft nog wel een paar hits op zijn conto, die dateren van een eerdere plaat: “Closing time” en “Secret smile”, twee liedjes die ik destijds ergerlijk simplistisch vond, erg typisch voor de zorgeloze en aldus intellectueel armoedige jaren 90. Het was de tijd dat het label “alternatief” zwaar onder inflatie begon te lijden. De donkere jaren 80 met hun existentiële thematiek waren ver te zoeken en waren definitief ingeruild voor een tijdperk waarin de voornaamste vraag was hoe je nu precies je zeeën van tijd zou doorbrengen. Een paar jaar later brachten enkele vliegtuigen daar verandering in, toen ze zich boorden in torens.
Zoals iemand op youtube opmerkt: “Gotta love the sheer dorkiness that is this video.” Dat waren dan ook weer de jaren 90.
Dan Wilson heeft later nog Emmy’s gewonnen, onder meer met Somebody Like You van Adèle, maar dan spreken we over een tijd dat het al niet meer uitmaakt hoe liedjes in mekaar zitten.