In memoriam – Captain Beefheart

Net zoals men de invloeden van de eerder op deze blog bewierookte Nick Drake niet gemakkelijk zal terugvinden in het gepubliceerde werk van Stanza, zal de alternatieve muziekliefhebber ook niet meteen de avant-gardistische bluesrock van Captain Beefheart horen in onze vrij klassieke popstructuren met lichte schatplicht aan de folk. Toch ben ik een gepassioneerde fan van zijn werk en leven. Hierna geen overzicht daarvan, want dat staat al uitvoerig op de wikipedia. Voor de Beef-leek die niet houdt van wiki-leaks, is er de BBC-documentaire op youtube, die start bij deel 1 van 6, gemaakt door de onvolprezen John Peel. Wél schets ik hier mijn eigen kennismaking met “the captain”, zoals de echte Beefies hem noemen – nog aankomende snobs noemen hem Don Van Vliet, om te tonen dat ze zijn echte naam kennen, die eigenlijk Don Vliet zou zijn, enzovoort, gelukkig is er nooit een Love Symbol van gekomen.

Ergens in 1987 of 1988, kreeg mijn muzikale ontdekkingstocht een stevige versnelling door de kennismaking met Tom De Backer, de goeroe van een generatie Dendermondse rockliefhebbers, via mijn klasgenoten Zeger en Filip. Hij leende mij enkele platen uit, wat ik als een groot voorrecht beschouwde. Vinyl was het zwarte goud van de melomaan. Als de oppermelomaan mij zijn grootste schatten schonk, dan beschouwde ik dat als een motie van vertrouwen, maar ook een opdracht: zorg dat je dit niet verknalt. En ook wel, zorg dat je zijn spullen niet kwijtraakt, of bekrast want vroeger kon je zelf je muziekdragers om zeep helpen en deed de autoradio dat nog niet voor je. Tom was nochtans niet opdringerig in zijn muzieksmaak. Hij liet zijn zwarte goud achter en ik mocht het opdelven uit de kartonnen hoezen. Ik herinner me dat “Horses” van Patti Smith tussen het vijftal zat, maar ik werd helemaal omver geblazen door “Clear Spot” van Captain Beefheart. Nu nog altijd word ik week als de drummer de Toms roffelt in “Big eyed beans from Venus”.

https://www.youtube.com/watch?v=sF9rZoN_-DU

Daarna begon een lange en wonderlijke tocht door het oeuvre van dit genie. Ik begon bij het begin “Safe as milk”, dat me een logisch debuut leek met die manifeste blues-invloeden en bij “Shiny beast” met die prachtige melancholische trombone die elke groep zin doet krijgen minstens één plaat met trompet op te nemen. Vandaar ging het naar het rauwe en minder toegankelijke “Doc at the radar station”, plus een verzamelaar op vinyl “Another chapter in the lives and times of …” met allemaal zeldzame nummers en fragmenten, waarvan ik me sterk maak dat niet veel mensen in België dit collector’s item zullen bezitten. Die fragmenten dateren van de periode dat Beefheart de overgang maakte van de onconventionele blues van Safe as Milk naar regelrechte psychedelica, zoals die officieel het eerst uitgebracht werd als “Strictly personal”. Later zouden nog andere compilaties rijkelijk putten uit die overvloedige jaren ’68-’70, zoals “Mirror man” en “I may be hungry but sure ain’ weird”, een cd die ik me pas veel later heb aangeschaft maar die voor mij het meest geslaagde evenwicht biedt tussen het buitenaardse genie dat toch beteugeld wordt door een productie die het probeert te kanaliseren naar een menselijk oor. De nummers op die uitgave zijn vrijwel dezelfde als die op “Strictly personal”, maar helderder uitgevoerd, minder voorzien van de toen modieuze tierlantijntjes, rauwer dus, maar des te verteerbaarder en vooral tijdlozer. Wie die kopie eens wil beluisteren, Tom, kan ze bij mij komen halen.

De derde officiële plaat van C.B & his Magic Band was het alom geprezen “Trout mask replica”. Het is absoluut onmenselijk tussen ’67 en ’69 drie platen kan maken die alle zo fundamenteel verschillend zijn en alle even groots. In wezen is TMR onbeluisterbaar. Ik doe jaarlijks nog eens een poging, maar de verspringende ritmes, de vrije melodische vorm en de erg ruwe productie maken het heel moeilijk om volgen. Het verhaal achter de plaat is fascinerend. Je wéét dat dit het hoogtepunt is van een kunstenaar in volle ontplooiing, maar als luisteraar ben je verloren. Ik weet wel dat er mensen bestaan die kunnen genieten van free jazz en ik wil wel geloven dat die mensen en anderen kunnen luisteren naar Trout Mask Replica zonder binnen de twee minuten de vensters open te zetten om de zuurstof terug te winnen die de luisterbeurt ogenblikkelijk wegzuigt, maar … pas moi. Telkens het wierookvat wordt bovengehaald om dit meesterwerk te besprenkelen, vind ik dat het nog meer stinkt naar snobisme.

Op vinyl kocht ik verder “Ice cream for crow” en ook het door de échte fans en kenners verketterde “Bluejeans & moonbeams” dat mijn soundtrack was bij het verwerken van de eerste grote liefde. Noem me bevooroordeeld. Toen ik later het equivalente “Unconditionally guaranteed” hoorde in een gevoelsvrije fase, begreep ik waarom dit tweeluik een verraad aan zijn eigenheid werd genoemd. In de legendarische platenzaak “Vinylla”, aan de Sint-Kwintensberg, vond ik verder “The legendary A&M sessions”, opnames van de band toen ze nog nét conventionele blues speelden. De laatste officiële release die ik me aanschafte was “Lick my decalls off, baby”. Haast even onbeluisterbaar als TMR, maar zonder de emotionele spankracht die zijn voorganger wel had, door de op een dieet van bonen gebaseerde tirannie waarmee de groep de opnames had voorbereid. Mijn eerbetoon vandaag aan the Captain bestond uit een luisterbeurt van dit … ding, terwijl ik naar Eeklo reed om een TC Helicon Harmony G.

https://www.youtube.com/watch?v=p9eTwPgl0GU

Ik weet niet wat ik het opmerkelijkst vind aan Captain Beefheart. Dat hij drie meesterwerken maakte op drie jaar tijd in drie verschillende genres? Dat hij zichzelf tweemaal heruitvond, met “The spotlight kid” als bluesman en met “Shiny beast” als psychedelicus? Dat hij volstrekt ongeschoold, zonder enige kunde op de gebruikelijke compositorische hulmiddelen piano en gitaar, met enkel wat maitrise van mondharmonica en saxofoon (maar zonder dat we dat moeten overschatten), een bende virtuozen de muzikale wet dicteerde? Dat hij na 15 jaar en 12 platen stopte met muziek maken, om zich te wijden aan de schilderkunst, waarin hij zo mogelijk nog meer uitblonk en wellicht alleen maar geen wereldvedette geworden is omdat hij er al een was?

Als ik Nick Drake beluister, of Joni Mitchell, of Bach, dan hoor ik mensen die een tikje van God gekregen hebben om hemelse muziek over ons te doen neerdalen. Captain Beefheart daarentegen heeft een slag van de molen gekregen en heeft ons laten horen hoe muziek kan klinken op Mars en hoe bonen er uitzien op Venus.

2 gedachten over “In memoriam – Captain Beefheart”

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Recente blogartikels

Geen categorie

De pop-artist Serge Gainsbourg

In Mons loopt anno 2021 een overzichtstentoonstelling van Roy Lichtenstein, na Warhol wellicht de belangrijkste vertegenwoordiger van de pop-art. Eén …

Lees verder
lessen

De beste gitaarlessen op youtube

(skip de intro en ga direct naar de lijst als je hier niet bent om proza te lezen) Op gezette …

Lees verder
Geen categorie

Mijn grijsgedraaide platen – 1 tot 10

Als ik door mijn platenkast blader, kom ik drie soorten platen tegen. Dingen die ik ooit per se moest hebben …

Lees verder

Stanza bij u thuis?

Wil je een huiskamerconcert van Stanza bij jou thuis?